Groepsdynamiek in jouw mentorgroep

Leerlingen zijn sociale wezens en hebben behoefte aan veilige en warme relaties op school en in de klas. Een positieve groepsdynamiek in de klas speelt een belangrijke rol bij het welbevinden van leerlingen én het leerklimaat in de klas. Het proces van groepsvorming begint na een vakantie weer helemaal opnieuw: de leerlingen verkennen elkaar, de docenten en de (school)regels. Als mentor kun je het proces van groepsvorming beïnvloeden. De groepsdynamiek vereist extra aandacht wanneer leerlingen elkaar na lange tijd weer terugzien.

Fases in groepsvorming

Elke groep doorloopt een aantal fases met typische kenmerken. Kijk als mentor naar de juiste signalen, zoals de groepssamenstelling, de interactie met jou als mentor en de gespreksonderwerpen die voorbijkomen. Op deze manier kun je erachter komen in welke fase jouw mentorgroep zich bevindt. Inspelen op deze kenmerken door je rol en de werkvormen hieraan aan te passen, stuur je de groepsvorming verder in de goede richting. Tijdens de groepsvorming doorloopt een groep vijf verschillende fases (volgens het basismodel van Tuckman):

  • Forming: Leerlingen nemen in een groep een afwachtende, verkennende houding aan om te zien wie er bij hen in de groep zit. Er is nog geen groepsgevoel aanwezig.
  • Storming: In deze fase proberen de leerlingen hun positie in de groep in te nemen. Dit proces leidt vaak tot strijd als de ideeën van de groepsleden op gespannen voet met elkaar staan.
  • Norming: Leerlingen komen dichter tot elkaar. Expliciete en impliciete regels van samenwerking worden bepaald. Leerlingen nemen positie in en bepalen samen hoe er in de klas met elkaar wordt omgegaan.
  • Performing: Leerlingen vullen elkaar aan, er ontstaat een gemeenschappelijk doel en er wordt productief gewerkt (alleen als er een positieve groepsvorming heeft plaatsgevonden).
  • Reforming: Het proces wordt geëvalueerd en afgesloten. Aan het einde van het schooljaar zal de groep zich klaarmaken om uiteen te gaan.

Zo krijg je de groepsdynamiek terug in je mentorgroep

Bij elke fase past een andere rol als mentor. Bij een rol horen bepaalde doelen en taken die de groepsvorming ten goede komt. Soms kan het handig zijn om de storming- en de norming-fase om te draaien. Als mentor kies je voor werkvormen die expliciet werken rond groepsvorming, zoals het waarderen van verschillen, het geven van persoonlijke feedback, het verdelen en opnemen van verantwoordelijkheden en rollen, het maken van afspraken, het nemen van beslissingen en het gebruik van de sociale vaardigheden. Je kunt ook variëren met subgroepen en leerlingen uitnodigen om ook eens samen te werken met leerlingen die ze niet zo goed kennen.

Leraar

Leraren spelen een belangrijke rol in de bevordering van groepsdynamiek. Ze kunnen de groepsvorming actief sturen en een positieve wending geven. Dit heeft als gevolg dat er een veilige sfeer in de klas ontstaat waarin jongeren zich prettig bij voelen en het beste uit zichzelf kunnen halen. Leraren moeten ervoor zorgen dat ze onderdeel zijn van de groep en ze vanuit die rol een leiderspositie kunnen innemen.

Werkvormen om de groepsdynamiek terug te krijgen in je mentorgroep

  • Coöperatieve werkvormen: Deze werkvormen stimuleren je leerlingen om zich in te leven in anderen en elkaar te waarderen en te respecteren. Leerlingen zetten zo stappen naar een autonome groep waar ze beseffen dat hoewel ze verschillen, ze wel gelijkwaardig zijn en het de moeite waard is om samen te werken. Daarnaast leren je leerlingen om conflicten zelf constructief op te lossen.
  • Verschillen waarderen en omgaan met conflicten: Maak verschillen en conflicten tussen leerlingen bespreekbaar in de mentorgroep. Gebruik de werkvormen niet alleen als er spanningen zijn, maar gebruik ze ook preventief. Stimuleer jouw leerlingen om hun aangeleerde sociale vaardigheden te gebruiken. Is er een conflict met jou als mentor? Luister actief naar de boodschap die jouw leerlingen willen overbrengen en blijf vooral rustig. Neem de overreacties niet persoonlijk, want die zijn gericht op jouw als mentor. Ze zijn niet gericht op jou als persoon.
  • Groepsproces bespreekbaar maken: Blik regelmatig terug of vooruit op hoe de leerlingen van jouw mentorgroep samenwerken. Door terug te blikken op hoe leerlingen hebben samengewerkt, overlegd, afspraken hebben gemaakt, enz., geef je als mentor leerlingen zelfinzicht en inzicht in andermans perspectief. Zo kunnen jouw leerlingen hun gedrag bijsturen en verder experimenteren met verschillende rollen, kwaliteiten en hun plaats in de klas.

Tips voor de mentor

Voor het opbouwen van een positieve groepsdynamiek is een positieve relatie tussen mentor en leerlingen erg belangrijk. Zorg als mentor dat je op de hoogte bent van de thuissituatie van je leerlingen, geef ze regelmatig complimenten en bied een luisterend oor.

Slim Studeren

Zet de lessen van de methode Slim Studeren in voor de bevrodering van groepsdynamiek. Maak gebruik van de kant-en-klare lessen of voeg je eigen lemateriaal toe. Het is eenvoudig in gebruik en je kunt de voortgang van jouw leerlingen volgen.

Bronnen

  • Bonebright, D.A. (2010). 40 years of storming: a historical review of Tuckman’s model of small group development. Human Resource Development International, 13(1), 111–120. https://www.researchgate.net/publication/240531011_40_years_of_storming_A_historical_review_of_Tuckman%27s_model_of_small_group_development
  • Gieles, P., Konig, A. & Lap, J. (2003). Begeleiden van de groep. Houten: Educatieve Partners Nederland.
  • Hovelynck J., Van den Auweele, Y. (1998). Group development in the physical education class, in Vanden Auweele Y., Bakker F., Biddle S. Durand M. & Seiler R. (Eds), Psychology for physical educators. Champaign: Human Kinetics.
  • Kagan, S., Kagan, M. (2010). Coöperatieve leerstrategieën: Research, principes en de praktische uitwerking. Rotterdam: Bazalt.
  • Luitjes, M., de Zeeuw-Jans, I. (2011). Ontwikkeling in de groep: Groepsdynamica bij kinderen en jongeren. Bussum: uitgeverij Coutinho.
  • Remmerswaal, J. (2006). Begeleiden van groepen: Groepsdynamica in praktijk. Houten: Bohn Stafleu van Loghum.

groepsdynamica

Deel dit artikel via:

Gerelateerde artikelen

Risico’s van het internet voor jongeren: hoe praat je erover met je leerlingen?

Online pesten, privacyproblemen, sexting of misleidende influencers. Jongeren leven in een digitale wereld vol kansen, maar ook vol risico’s. Jongeren bewegen zich moeiteloos online, maar beseffen niet altijd welke risico’s daarbij horen. Voor docenten ligt hier een belangrijke rol weggelegd: leerlingen begeleiden om kritisch na te denken over hun online gedrag. Maar hoe pak je dat aan in de klas?   Waarom is het zo belangrijk om over internetrisico’s te praten? Veel jongeren overschatten hun eigen online vaardigheden. Ze weten bijvoorbeeld hoe ze TikTok moeten gebruiken, maar ze weten niet altijd wat de gevolgen zijn van wat ze daar posten. Onderzoek laat zien dat jongeren risico’s op het internet vaak pas herkennen als er iets misgaat. Een nare opmerking, cyberpesten, een gedeelde foto of een virale video. Daarom is preventie via gesprek zo krachtig. Praten over internetveiligheid en privacy zorgt ervoor dat leerlingen leren reflecteren vóór er iets misloopt. Dat

Lees meer

Positieve klassensfeer creëren: van regels naar routines en groepsgevoel

Een veilige en positieve klassensfeer creëren is misschien wel de belangrijkste taak van elke docent. Waar leerlingen zich veilig en geaccepteerd voelen, ontstaat er ruimte om te leren en samen te werken. Maar dat gaat niet altijd vanzelf. Pestgedrag, onduidelijke regels of storend gedrag kunnen de harmonie in de klas snel verstoren. Gelukkig zijn er bewezen strategieën om een klas om te vormen tot een hecht en positief team.   Van veel regels naar 5 gouden afspraken Recente onderzoeken bevestigen dat een lange lijst schoolregels vaak averechts werkt. Wanneer er te veel regels zijn, reageren leraren vooral op overtredingen die zij persoonlijk belangrijk vinden, wat leidt tot verschillen in aanpak en frustratie bij leerlingen. Onderzoekers als Archer en Hughes (2011) en Alter en Haydon (2017) benadrukken dat minder regels juist meer duidelijkheid en consistentie opleveren. Ook Gable, Hester, Rock en Hughes (2009) toonden aan dat een beperkt aantal kernregels effectiever

Lees meer

Wat kan je als mentor betekenen voor faalangstige leerlingen?

Iedere mentor krijgt vroeg of laat te maken met leerlingen die blokkeren zodra de druk toeneemt. Denk aan een proefwerkweek, een onverwachte presentatie of een stapel huiswerk die groter lijkt dan normaal. Waar sommige leerlingen dat zien als een uitdaging, schieten faalangstige leerlingen juist in paniek: “Dit gaat mij nooit lukken!” Heb je in je mentorgroep ook leerlingen die in paniek schieten zodra ze wat meer taken krijgen dan ze gewend zijn? Leerlingen die onzeker worden bij nieuwe of extra opdrachten? Zij worstelen vaak met faalangst dat volgens recente onderzoeken bij veel scholieren voorkomt. Bij de begeleiding van deze leerlingen is het belangrijk dat zij stap voor stap een positiever beeld van zichzelf opbouwen (Van Lieshout, 2002). Als mentor kun je daarin een belangrijke rol vervullen.   Een positief zelfbeeld is erg belangrijk Faalangstige leerlingen hebben vaak een negatief beeld van hun eigen kunnen. Ze focussen zich op wat misgaat

Lees meer

Start het schooljaar sterk met het Gouden Weken Pakket!

Bevorder positieve groepsvorming vanaf dag één met dit wetenschappelijk onderbouwde pakket.